Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord . In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord , maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord is hier. De definitie van het woord zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: fafa., fa', , , Fa, Fa., FA

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
Naar frequentie 66
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud færre færrest
o enkelvoud
meervoud
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
færre færreste

Bijvoeglijk naamwoord

  1. weinig
    «De færreste av oss får oppleve hvit jul i år.»
    Weinigen van ons kunnen dit jaar een witte kerst meemaken.
vervoeging
onbepaalde wijs
tegenwoordige tijd får
verleden tijd fikk
voltooid
deelwoord
fått
onvoltooid
deelwoord
fående
lijdende vorm fås
gebiedende wijs
vervoegingsklasse onregelmatig
opmerking

Werkwoord

  1. krijgen, bekomen
    «Får babyen min nok mat?»
    Krijgt mijn baby genoeg te eten?
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • få pepper
kritiek krijgen

Werkwoord

  1. gebiedende wijs van


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud færre færrast
o enkelvoud
meervoud
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
færre færraste

Bijvoeglijk naamwoord

  1. weinig
vervoeging
onbepaalde wijs
tegenwoordige tijd får
verleden tijd fekk
voltooid
deelwoord
fått
onvoltooid
deelwoord
fåande
lijdende vorm fåast
gebiedende wijs
vervoegingsklasse Klasse 7 sterk
opmerking

Werkwoord

  1. krijgen, bekomen
    «Ein politibil fekk store skadar etter møte med ein traktor.»
    Een politieauto kreeg grote schade na een botsing met een trekker.
Afgeleide begrippen

Werkwoord

  1. gebiedende wijs van



Zweeds

Uitspraak
Woordafbreking

Bijvoeglijk naamwoord

  1. weinig
stamtijd
infinitief verleden
tijd
supinum

fick
fått
volledig

Werkwoord

  1. krijgen
  2. mogen