gerecht

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord gerecht. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord gerecht, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je gerecht in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord gerecht is hier. De definitie van het woord gerecht zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vangerecht, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • ge·recht
  • In de betekenis van ‘eten in één gang’ voor het eerst aangetroffen in 1040 [1]
  • In de betekenis van ‘rechtbank’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1237 [1]
  • vervoeging van rechten: de stam met omvoegsel ge- -t, zonder -t omdat de stam al op -t eindigt
  • Naamwoord van handeling van rechten met het voorvoegsel ge-
enkelvoud meervoud
naamwoord gerecht gerechten
verkleinwoord gerechtje gerechtjes

het gerechto

  1. (kookkunst) een bepaald soort voedsel op een bepaalde wijze bereid [2] [3]
    • Welk gerecht staat er vanavond op het menu? 
     De meester van Trail Magic was Coppertone, die ik meer dan acht keer ben tegengekomen tussen Mexico en Canada. Hij reed in zijn camper naar het noorden en dook op de gekste plekken op. Hij deelde dan zijn befaamde root-beer-float Trail Magic uit: een wonderlijk Amerikaans gerecht dat bestond uit een bolletje vanille-ijs in een plastic bekertje met root-beer (een soort ginger ale).[4]
  2. (juridisch) rechtbank, de rechter [5] [6]
    • Hij moest voor het gerecht verschijnen. 
  3. (geschiedenis), (juridisch) lokale bestuursvorm
    • Aan de westzijde van het gerecht Oostveen bevonden zich respectievelijk de soortgelijke uitgestrekte gerechten.[7] 
vervoeging van: rechten…
verbogen vorm: gerechte

gerecht

  1. voltooid deelwoord van rechten [8]
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen gerecht gerechter gerechtst
verbogen gerechte gerechtere gerechtste
partitief gerechts gerechters -

gerecht [9] [10]

  1. rechtvaardig
    • hij zal zijn gerechte straf niet ontlopen 
100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[11]
  • Zie de doorverwijspagina op Wikipedia voor meer informatie.


gerecht

  1. rechtvaardig