Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
heffen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
heffen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
heffen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
heffen is hier. De definitie van het woord
heffen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
heffen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
heffen
- overgankelijk op opwaartse richting doen bewegen
- Zij hieven het glas om hem nog vele gezonde jaren toe te wensen.
- ▸ Hij hief zijn wijs- en middelvingers in het vredesteken en vertrok zuidwaarts, de donkere ochtend in.[4]
- overgankelijk doen betalen, aanrekenen
- Daarop wordt veel belasting geheven.
de heffen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord hef
99 % |
van de Nederlanders;
|
100 % |
van de Vlamingen.[5]
|
- ↑ 1,0 1,1 heffen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ "heffen" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑
Tim Voors
“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
heffen
- heffen, opheffen.
- (Si) hebben haere sweerden ghehaven.
- (Een kint) ~: ten doop houden
- Wat poirter een kint hoeve uten vonte binnen Leyden..