opbrengen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord opbrengen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord opbrengen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je opbrengen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord opbrengen is hier. De definitie van het woord opbrengen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanopbrengen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

naamwoord van handeling
zelfstandig bijvoeglijk
opbrengen opbrengend
opbrengst opgebracht
Uitspraak
Woordafbreking
  • op·bren·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
opbrengen
bracht op
opgebracht
zwak -cht volledig

Werkwoord

opbrengen

  1. absoluut als batig resultaat leveren
    • Deze aandelen brachten weinig op. 
  2. overgankelijk regelmatig iets betalen of een andere inspanning leveren
    • Hij moest zijn huis verkopen omdat hij de stijgende kosten niet opbrengen kon. 
     `Ik weet het; zei de majordomus. 'Het was ijdele hoop dat dit u zou ontgaan. Ik vraag u met klem de grootmoedigheid op te brengen om mijn nederige excuses te aanvaarden. Deze uit de toon vallende decoratie is het jammerlijke gevolg van het enthousiasme van de nieuwe eigenaar.'
  3. overgankelijk een laag op iets aanbrengen
    • Laag na laag werd opgebracht. 
  4. overgankelijk arresteren, dwingen naar een haven te gaan
    • Het schip werd opgebracht door de marine. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers op Wikipedia, ISBN 978-90-295-2622-7, p. 16
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be