plukken

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord plukken. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord plukken, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je plukken in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord plukken is hier. De definitie van het woord plukken zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanplukken, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pluk·ken
Woordherkomst en -opbouw
  • Ontwikkeld uit Middelnederlands plocken, plucken (1240), uit Germaans *plukkōn-, *plukkjan- plukken, verwant aan Engels pluck, Duits pflücken, Deens plukke, Noors plukke, Zweeds plocka, enz.
  • De oudere aanname van een vroege ontlening aan een vulgair Latijns woord *piluccare “uitpluizen, pellen, plukken” is zowel chronologisch alsmede fonologisch gezien lastig te verklaren.
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
plukken
plukte
geplukt
zwak -t volledig

Werkwoord

plukken

  1. overgankelijk (bloemen) afbreken of oogsten; vruchten oogsten
    • Zij plukten een paar prachtige bloemen in hun tuin en brachten ze in de woonkamer. 
     Om de haverklap stopte ik om de zoete bessen te plukken waardoor mijn handen paars kleurden van hun sap.
  2. overgankelijk ontdoen van de veren
    • Hij was de kip helemaal aan het plukken. 
     Toen ik die eerste keer voor hem stond, in de gang voor de provisiekamer, had ik net zo goed een teleurstellend kleine houtduif kunnen zijn die hij wel of niet zou laten plukken voor het eten.
  3. overgankelijk iemand geld afzetten
    • Pluk die vereniging niet zo leeg! 
  4. overgankelijk, (sport) een door de lucht vliegende bal grijpen
    • De doelman plukte de bal uit de lucht. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

de plukkenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord pluk

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. "plukken" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. plukken op website: Etymologiebank.nl
  3. Bronlink Weblink bron pluck in: Oxford English Dictionary, second edition (1989) op oed.com
  4. Guus Kroonen
    “Etymological Dictionary of Proto-Germanic” (2013), Brill, Leiden - Boston, p. 398
  5. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  6. Danielle Teller (vert. Marja Borg)
    “Er was eens iets anders” (2018), Ambo/Anthos uitgevers op Wikipedia, ISBN 9789026346477
  7. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be