Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
sitt. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
sitt, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
sitt in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
sitt is hier. De definitie van het woord
sitt zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
sitt, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
sitt
- zijn (nominatief onzijdig enkelvoud)
- zijn (accusatief onzijdig enkelvoud)
- Afkomstig van het Oudnoorse voornaamwoord sitt.
sitt o (2. persoon, onzijdige vorm, enkelvoud)
- zijn
- «En by får sitt kulturhus.»
- Een stad krijgt zijn cultuurhuis.
- Afkomstig van het Oudnoorse voornaamwoord sitt.
sitt, o (2. persoon, onzijdige vorm, enkelvoud)
- zijn
- sin, m (2. persoon, mannelijke vorm, enkelvoud)
- si, v (2. persoon, vrouwelijke vorm, enkelvoud)
- sitt, o (2. persoon, onzijdige vorm, enkelvoud)
- sine, mv
sitt
- gebiedende wijs van sitte
sitt
- verouderde spelling of vorm van sit tot 2012
- (verouderd) tegenwoordige tijd van sitta en sitte