Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
tolk. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
tolk, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
tolk in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
tolk is hier. De definitie van het woord
tolk zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
tolk, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Leenwoord uit het Nederduits, in de betekenis van ‘mondeling vertaler’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1477 [1]
de tolk m
- (beroep) een persoon die gesproken tekst (meteen) vertaalt naar gesproken tekst in een andere taal
- Ik wil graag als tolk voor uw bedrijf werken.
1. een persoon die gesproken tekst (meteen) vertaalt naar gesproken tekst in een andere taal
tolk
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tolken
- gebiedende wijs van tolken
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tolken
100 % |
van de Nederlanders;
|
100 % |
van de Vlamingen.[2]
|
- Afkomstig van het Oudnoorse woord tulkr.
tolk m
- (taalkunde) tolk
- «Jeg har fått melding om at både han og tolken er i god behold.»
- Ik heb een bericht ontvangen dat zowel hij als de tolk in goede conditie zijn.
- spreker, woordvoerder
- Afkomstig van het Oudnoorse woord tulkr.
tolk m
- (taalkunde) tolk
- spreker, woordvoerder