trein

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord trein. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord trein, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je trein in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord trein is hier. De definitie van het woord trein zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantrein, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Een trein.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • trein
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘vervoermiddel over spoorrail’ voor het eerst aangetroffen in 1839
  • Ontleend aan het Franse train, dat uiteindelijk teruggaat op het Latijnse werkwoord trahere ("trekken")
enkelvoud meervoud
naamwoord trein treinen
verkleinwoord treintje treintjes

Zelfstandig naamwoord

de treinm

  1. (spoorwegen) rij wagons die door een krachtvoertuig (bijvoorbeeld een locomotief) voortbewogen wordt
    • Er reizen dagelijks veel mensen met de trein. 
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Spreekwoorden
  • Het loopt als een trein. : Het loopt erg goed.
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Afrikaans

Uitspraak

Zelfstandig naamwoord

trein

  1. (verkeer) trein


Papiaments

Woordherkomst en -opbouw
  • Van het Nederlandse trein.
enkelvoud of
impliciet meervoud
expliciet meervoud
  trein     treinnan  

Zelfstandig naamwoord

trein

  1. (verkeer) trein