violet

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord violet. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord violet, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je violet in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord violet is hier. De definitie van het woord violet zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanviolet, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vi·o·let
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘kleurnaam’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240
enkelvoud meervoud
naamwoord violet -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het violeto

  1. (kleur) een kleur tussen blauw en ultraviolet, met een golflengte tussen de 430 en 380 nm
    • Rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet zijn de zeven kleuren van de regenboog. 
Hyperoniemen
Vertalingen
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen violet violetter violetst
verbogen violette violettere violetste
partitief violets violetters -

Bijvoeglijk naamwoord

violet

  1. (kleur) de kleur violet hebbend
    • Hij gaf haar een mooie violette bloem. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.

Meer informatie


Verwijzingen


Engels

Uitspraak
stellend vergrotend overtreffend
violet more violet most violet

Bijvoeglijk naamwoord

violet

  1. (kleur) violet
enkelvoud meervoud
violet violets

Zelfstandig naamwoord

violet

  1. (plantkunde) viooltje
    «Roses are red, violets are blue.»
    Rozen zijn rood, viooltjes zijn blauw.