Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
blazen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
blazen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
blazen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
blazen is hier. De definitie van het woord
blazen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
blazen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
blazen
- inergatief een luchtstroom veroorzaken
- Blaas even, dan koelt het wel af.
- In het zakje blazen.
- Het kind moet hard blazen om de kaarsjes uit te laten gaan.
- ▸ Ik had nog wel uren zo door kunnen lopen maar langzaam stak er een sterke tegenwind op die stof in mijn ogen blies.[4]
- overgankelijk met een luchtstroom iets vervaardigen
- Dit glas wordt geblazen, niet gewalst.
- Bellen blazen.
- overgankelijk een blaasinstrument bespelen
- Hij blies een vrolijk deuntje.
- door een luchtstroom verplaatst worden
- ▸ Negen kinderen in het West-Duitse Gondershausen zijn gewond geraakt toen zij vielen uit een springkasteel dat de lucht in werd geblazen. Vijf van hen zijn er ernstig aan toe, melden Duitse media.[5]
- (dierkunde) (v.e. kat) een sissend geluid maken om angst of boosheid uit te drukken
Eisen stellen omdat je jezelf wel heel erg belangrijk vindt
- Beter hard geblazen dan de mond gebrand.
Het is beter dat men zich inspant dan dat er door slordigheid of luiheid een ongeluk gebeurt/iets fout gaat
Verliezen en weggaan
Doodgaan
Voor een bepaald doel veel geld uitgeven of beschikbaar stellen
Dat () moet er nu gebeuren
- Geen veer van de mond kunnen blazen
Heel zwak en/of heel arm zijn
- Van toeten noch blazen weten
Ergens geen verstand van hebben
1. een luchtstroom veroorzaken
blazen
- (jongerentaal) roken van een sigaret of joint
- Hij wilde eerst blazen voor hij naar binnen ging
de blazen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord blaas
100 % |
van de Nederlanders;
|
99 % |
van de Vlamingen.[6]
|
- ↑ "blazen" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ blazen op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Tim Voors
“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Weblink bron “Vijf kinderen in Duitsland zwaargewond doordat springkussen de lucht in vliegt” (03 juli 2022), NU.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be