deftig

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord deftig. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord deftig, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je deftig in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord deftig is hier. De definitie van het woord deftig zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vandeftig, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • def·tig
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘voornaam’ voor het eerst aangetroffen in 1584
  • afgeleid van deft met het achtervoegsel -ig
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen deftig deftiger deftigst
verbogen deftige deftigere deftigste
partitief deftigs deftigers -

Bijvoeglijk naamwoord

deftig

  1. waardig, voornaam, statig, van goede komaf, erg netjes, bekakt
    • De deftige man sprak heel bekakt. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.

Verwijzingen

Duits

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
  • (17e eeuw) Leenwoord uit Nederlands deftig

Bijvoeglijk naamwoord

deftig

  1. (taalgebruik) plat, direkt, zonder opsmuk
  2. (kookkunst) stevig, hartig, voedzaam
  3. (handel) exorbitant
  4. (sport) verpletterend (van nederlagen)