Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
dele. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
dele, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
dele in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
dele is hier. De definitie van het woord
dele zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
dele, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
dele
- datief onzijdig van deel, archaïsche vorm die in enkele staande uitdrukkingen voorkomt
niet volledig, niet helemaal, voor een (klein) deel
- De cursus Nederlands is maar ten dele een succes geworden.
dele
- aanvoegende wijs van delen
- Men dele dit bedrag door het aantal leden.
dele v
- (evenhoevigen) schaap
- (dierkunde) ooi
dele, mv
- onbepaalde vorm nominatief meervoud van del
- Afkomstig van het Oudnoorse werkwoord deila, dat uit het Nederduits komt.
dele
- overgankelijk delen, splitsen
- «Seks mann skulle dele et brød på 1.5 kilo, altså 250 gram til hver.»
- Zes man moet een brood van 1,5 kg delen, dus er is 250 gram per persoon.
- overgankelijk delen, verdelen
- «På en åttring med fire mann var det vanlig å dele fangsten i fem parter, en til hver av fiskerne og en til båten (eieren av båten).»
- Op een åttring (Noordlandboot met acht riemen) met vier mannen was het gebruikelijk de vangst in vijf delen te verdelen, één voor elk van de vissers en één voor de boot (voor de eigenaar van de boot).
- overgankelijk, (wiskunde) delen
- «18 delt på 6 er 3.»
- 18 gedeeld door 6 is 3.
dele, o
- grenslinie, grensmarkering
- splitsing, V-splitsing, tweesprong, driesprong
- Afkomstig van het Oudnoorse werkwoord deila, dat uit het Nederduitse komt.
dele
- overgankelijk delen, splitsen
- overgankelijk delen, verdelen
- overgankelijk, (wiskunde) delen
dele, o
- grenslinie, grensmarkering
- splitsing, V-splitsing, tweesprong, driesprong