spin

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord spin. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord spin, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je spin in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord spin is hier. De definitie van het woord spin zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanspin, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • spin
enkelvoud meervoud
naamwoord spin spinnen
verkleinwoord spinnetje spinnetjes

 de spinv / m

  1. (spinachtigen) geleedpotig dier met acht poten uit de orde Araneae op Wikispecies, dat met speciale klieren een web maakt, waarin prooien worden gevangen
     Ik aarzelde even, vanwege alle muggen, spinnen en slangen maar was snel om.[5]
  2. (gereedschap) snelbinder met vier of meer van een haak voorziene armen
     Wapperend onder de spin achterop de fietstassen drogen dunne materialen zo weer op.[6]
  3. (techniek) kruisvormige constructie bij windmolens voor het zelfzwichten en het bedienen van de remkleppen
     De vier trekstangen kwamen bij de askop samen en vormden daar een zwichtkruis of ‘spin’.[7]
  • spin in het web
belangrijk persoon om wie alles en iedereen draait, spilfiguur
enkelvoud meervoud
naamwoord spin spins
verkleinwoord - -

 de spinm

  1. (natuurkunde) snelle, draaiende beweging om een as
    • De spin van een elektron. 
  2. (dans) bepaalde draaiende figuur bij het dansen
     Spins worden op de plaats uitgevoerd. Bij ‘Spins met Taps’ heb je 2 of meer spins achter elkaar waarbij een Tap met de andere voet tussen de spins door wordt gebruikt om evenwicht te behouden.[8]
vervoeging van
spinnen

spin

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van spinnen
    • Ik spin. 
  2. gebiedende wijs van spinnen
    • Spin! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van spinnen
    • Spin je? 
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[9]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. spin(dier) op website: Etymologiebank.nl
  3. 3,0 3,1 "spin" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  4. spin (tolbeweging) op website: Etymologiebank.nl
  5. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  6. Bronlink geraadpleegd op 15 mei 2021 Weblink bron “Op reis met de fiets”, Kiind
  7. Bronlink geraadpleegd op 15 mei 2021 “Molenhof te Rodenborg”, Inventaris Onroerend Erfgoed
  8. Bronlink geraadpleegd op 14-05-2021 Weblink bron “De BESTE Spintechnieken voor Salsa Dansen!”, supersalsa.nl
  9. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


vervoeging
onbepaalde wijs to  spin 
he/she/it  spins 
verleden tijd  span 
 spun 
voltooid
deelwoord
 span 
 spun 
onvoltooid
deelwoord
 spinning 
gebiedende wijs  spin 

spin

  1. ergatief tollen, (snel) draaien
  2. overgankelijk spinnen (van draden)
enkelvoud meervoud
spin spins

spin

  1. draaibeweging, spin


  • spin
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  spin     le spin     spins     les spins  

spin m

  1. (natuurkunde) spin