Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
els. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
els, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
els in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
els is hier. De definitie van het woord
els zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
els, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- A: erfwoord: aangetroffen vanaf 772;[1] Middelnederlands else, uit Oudnederlands elisa, ontwikkeld uit Oergermaans *alísō, bij Indo-Europees *h₁el(i)s-, waartoe ook Litouws al̃ksnis, Sloveens jélša en Latijn alnus behoren. Evenals Nederduits Els; daarnaast met grammatische wisseling Nederduits Eller en Duits Erle.[2][3][4][5]
- B: erfwoord: Middelnederlands elsene, alsene, else, ontwikkeld uit Oergermaans *alasn(j)ō, uitbreiding van *alaz (waaruit Oudnoords alr), bij Indo-Europees *h₁h̥₁l-h₂-ós ‘els, priem’, genitief van *h₁éh₁l-eh₂, waartoe ook Duits Ahle, Sanskriet árā en Hotanees aiysna behoren.[6][7][8] Evenals Nederduits Els, Zwitsers-Duits Alesne en Gotisch alisna.
de els m
- (plantkunde) Alnus , een geslacht bomen uit de berkenfamilie (Betulaceae)
de els v / m
- (gereedschap) priemvorming werktuig bedoel om gaten mee te prikken
88 % |
van de Nederlanders;
|
93 % |
van de Vlamingen.[9]
|
- ↑ "els" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Oudnederlands Woordenboek
- ↑ els op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Kroonen
, Guus, Etymological Dictionary of Proto-Germanic, Leiden: Brill, 2013; blz. 20
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ els op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Kroonen
, Guus, Etymological Dictionary of Proto-Germanic, Leiden: Brill, 2013; blz. 19 en 117
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
els
- (gereedschap), (plantkunde) els
els m mv
- de
els m mv
- hen, ze (lijdend en meewerkend voorwerp, vóór het werkwoord)
- u (lijdend en meewerkend voorwerp, vóór het werkwoord)
els v mv
- hen, ze (meewerkend voorwerp, vóór het werkwoord)
- u (meewerkend voorwerp, vóór het werkwoord)