jas

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord jas. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord jas, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je jas in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord jas is hier. De definitie van het woord jas zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanjas, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • jas
  • In de betekenis van ‘kledingstuk’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1733 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord jas jassen
verkleinwoord jasje jasjes

de jasm

  1. (kleding) kledingstuk voor in de buitenlucht, dat over andere kledingstukken heen gedragen wordt en dat zowel de romp als de armen bedekt
    • Vergeet niet om je jas aan te trekken. 
  2. (kaartspel) de troefboer, dat wil zeggen de boer van de kleur speelkaarten die van hogere waarde is dan de andere kleuren kaarten
  • De hond de jas voorhouden
Iemand valse hoop geven
  • Een jas halen
Bedrogen worden, zich misrekend blijken te hebben of teleurgesteld raken
  • Hetzelfde in een ander jasje
In de basis nog hetzelfde, maar niet meer in de oude vorm herkenbaar
vervoeging van
jassen

jas

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van jassen
    • Ik jas. 
  2. gebiedende wijs van jassen
    • Jas! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van jassen
    • Jas je? 
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]


enkelvoud meervoud
naamwoord jas jasse
  • Van het Nederlandse jas

jas

  1. (kleding) jas


jas m

  1. (kleding) jas


jas

  1. (kleding) jas; kledingstuk voor in de buitenlucht, dat over andere kledingstukken heen gedragen wordt en dat zowel de romp als de armen bedekt


  • Van het Nederlandse jas
enkelvoud of
impliciet meervoud
expliciet meervoud
  jas     jasnan  

jas

  1. jas
  • Schrijfwijze op Bonaire en Curaçao: yas.


jas monbezield

  1. helderheid, luminantie


  • jas

jas monbezield

  1. helderheid, luminantie
  • jas obrazovky monbezield – de helderheid van een (TV-)scherm


jas

  1. (Oost-Veluws)(kleding) jas; kledingstuk voor in de buitenlucht, dat over andere kledingstukken heen gedragen wordt en dat zowel de romp als de armen bedekt