maan

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord maan. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord maan, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je maan in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord maan is hier. De definitie van het woord maan zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanmaan, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Maan

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • maan
Woordherkomst en -opbouw
  • erfwoord, in de betekenis van ‘satelliet’ voor het eerst aangetroffen in 901
  • afkomstig van:
Middelnederlands: mane
Oudnederlands:  māno  
Germaans: *mēnô
Indo-Europees: *mḗh₁n̥s
  • Verwant in Germaans:
West: Engels: moon (Angelsaksisch: mōna), Duits: Mond, (Oudhoogduits: māno), Fries: moanne, moune (Oudfries: mōna)
Noord: Zweeds/Deens/Noors: måne, (Oudnoords: máni), IJslands/Faeröers: máni
Oost: Gotisch: mena
  • Andere Indo-Europese talen:
Romaans: Latijn: mensis, Catalaans/Spaans/Aroemeens: mes, Frans: mois, Italiaans: mese, Portugees: mês, Reto-Romaans: mais, Siciliaans: misi, Venetiaans: méxe
Slavisch: Russisch/Wit-Russisch: месяц (mesjac), Oekraïens: місяць (misjac), Bulgaars: месец (mesec, mesets), Servo-Kroatisch: месец, mesec, Sloveens: mesec, Tsjechisch: měsíc, Kasjoebisch: miesąc, miesądz, Pools: miesiąc, Hoogsilezisch: mjeśůnček , mjeśůnc, Slowaaks: mesiac, Nedersorbisch: mjasec
Keltisch: Welsh: mis, Iers: mí (Oudiers: mí) Manx: mee, Schots-Gaelisch: mìos
Baltisch: Lets: mēnesis, mēness, Litouws: mėnuo
Andere: Grieks: μήνας (mìnas) (Oudgrieks: μήν (men)), Albanees: muaj, Armeens: ամիս (amis), Perzisch: ماه (mah), مه (mæh), مانگ (mang)
enkelvoud meervoud
naamwoord maan manen
verkleinwoord maantje maantjes

Zelfstandig naamwoord

de maanv / m

  1. (astronomie) met "de" maan wordt de natuurlijke satelliet bedoeld, die in een baan rond de aarde draait
     Die nacht was het volle maan, zó fel dat ik bijna een krant zou kunnen lezen.
  2. (astronomie) een satelliet die in een baan rond een planeet draait
  3. (Jiddisch-Hebreeuws) oud gebruik waarbij voorafgaand aan de huwelijkssluiting tot het bruidspaar een wens gericht wordt
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • Als de maan vol is, schijnt zij overal
Stoett-1453
  • Naar de maan lopen
hou op met zeuren en ga weg
  • Naar de maan zijn
voorbij zijn
  • Tegen de maan blaffen
iets doen wat totaal niet helpt
Verwante begrippen
Anagrammen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
manen

maan

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van manen
    • Ik maan. 
  2. gebiedende wijs van manen
    • Maan! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van manen
    • Maan je? 

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Afrikaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • maan
enkelvoud meervoud
naamwoord maan mane

Zelfstandig naamwoord

maan

  1. maan