Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
zon. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
zon, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
zon in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
zon is hier. De definitie van het woord
zon zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
zon, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- erfwoord, in de betekenis van ‘lichtend hemellichaam’ aangetroffen vanaf 901 [1]
de zon v / m
- (astronomie) de ster waar de planeet aarde omheen draait, hemellichaam dat o.a. de aarde het daglicht schenkt
- Als de zon schijnt, gaan veel mensen graag naar buiten.
- ▸ Zo zag ik erg op tegen onbekende gevaren op de trail zoals ratelslangen, beren, steile bergen, felle zon en hoge temperaturen in de woestijn.[3]
- ster, maan, Mercurius, Venus, aarde, Mars, Jupiter, Saturnus, Uranus, Neptunus, Pluto, Antares, Aldebaran, Arctures, Castor, Pollus, Sirius
- Achter de wolken schijnt de zon
alle nare dingen zijn tijdelijk en daarna wordt het beter
- Alleen de zon gaat voor niets op
voor welvaart moet gewerkt worden, niks is gratis
- Als sneeuw voor de zon verdwijnen
ergens niets van over blijven
- De zon niet in het water kunnen zien schijnen
jaloers zijn, iets niet kunnen verdragen
- er is niets nieuws onder de zon
de geschiedenis herhaalt zich steeds weer
- • Die demarcatielijn kwam precies overeen met de lijn die de officieren scheidde van de manschappen. Niets nieuws onder de zon, zei Albert bij zichzelf. [4]
- voor niets gaat de zon op
voor alle andere dingen moet je betalen
- Al geruime tijd staat u in ons bestand aangemerkt als fase 4. Economisch gezien zet u geen zoden aan de dijk. Aangezien voor niks de zon nog niet opgaat, zal u uw gelanterfant spoedig moeten opgeven. Uitzendbureau Klaar over Werk ziet u van harte tegemoet voor de begeleiding van uw passiviteitsfase naar een ik-ga-er-voor-mentaliteit. Er is genoeg werk te doen. [5]
- het zonnetje in huis zijn
een opgewekt persoon zijn
- Wie boter op zijn hoofd heeft moet niet in de zon gaan lopen
als je zelf iets gedaan hebt wat verkeerd is, moet je een ander niet van beschuldigen als die hetzelfde gedaan heeft
1. de ster waar de planeet aarde omheen draait, hemellichaam dat de aarde overdag verlicht
- !Xóõ: ǁʻân (nmn)
- Afrikaans: son (af)
- Angelsaksisch: sunne (ang) v
- Arabisch: شَمْس (ar), شمس (ar)
- Armeens: արև (hy)
- Azeri: günəş (az)
- Bengaals: সূর্য (bn)
- Bulgaars: слънце (bg) o
- Catalaans: sol (ca) m
- Chinees:
- Kantonees: 太陽 (yue), 太阳 (yue), 日頭 (yue), 日头 (yue)
- Mandarijn: 太陽 (cmn), 太阳 (cmn), 日 (cmn)
- Minnan: 日頭 (zh-min-nan)
- Cornisch: howl (kw) m
- Duits: Sonne (de) v
- Egyptisch: rˁ m
- Engels: sun (en)
- Erzja: чи
- Esperanto: suno (eo)
- Estisch: päike (et)
- Etruskisch: usil
- Faeröers: sól (fo) v
- Fins: aurinko (fi)
- Frans: soleil (fr) m
- Fries: sinne (fy) g
- Georgisch: მზე (ka)
- Grieks: ήλιος (el) m (ilios)
- Gujarati: સૂર્ય (gu)
- Hawaïaans: la
- Haïtiaans Creools: solèy
- Hebreeuws: שמש (he) v, חמה (he) v
- Hindi: सूर्य (hi) m, आदित्य (hi), सूरज (hi) m, ख़्वुरशेद (hi) m, रवि (hi) m
- Hongaars: nap (hu)
- Hopi: taawa
- Iers: grian (ga) v
- Oudiers: grían v
- IJslands: sól (is) v, sunna (is) v
- Indonesisch: matahari (id)
- Italiaans: sole (it) m
- Japans: 太陽 (ja)
- Javaans: Serngenge (jv) v
- Jiddisch: זון (yi) v
- Kannada: ಸೂರ್ಯ (kn)
- Karatsjai-Balkarisch: кюн
- Kazachs: күн (kk)
- Khmer: ថ្ងៃ (km)
- Kirgizisch: күн (ky)
- Kituba: mwini
- Koreaans: 해 (ko), 태양 (ko), 일 (ko)
- Kroatisch: sunce (hr) o
- Laotiaans: ຕາເວັນ (lo)
- Latijn: sol (la) m
|
|
- Lets: saule (lv) v
- Litouws: saulė (lt) v
- Luxemburgs: Sonn (lb) v
- Macedonisch: сонце (mk) o
- Malayalam: സൂര്യന് (ml)
- Maleis: matahari (ms), mentari (ms), suria (ms)
- Manx: grian (gv) v
- Maori: rā (mi)
- Mongools: нар (mn), нар (mn)
- Navajo: shá, jóhonaaʼéí
- Nedersaksisch: Sünn (nds)
- Noors: sol (no) m v
- Nynorsk: sol (nn) v
- O'odham: tash
- Occitaans: solelh (oc) m
- Oeigoers: قۇياش (ug) (niet officieel: quyash (ug))
- Oekraïens: сонце (uk)
- Oezbeeks: quyosh (uz) (niet officieel: қуёш (uz)), oftob (uz) (niet officieel: офтоб (uz))
- Ojibwe: giizis
- Ossetisch: хур
- Oudgrieks: ἥλιος m
- Perzisch: خورشيد (fa)
- Pools: słońce (pl) o
- Portugees: sol (pt) m
- Quechua: inti (qu)
- Roemeens: soare (ro) m
- Russisch: солнце (ru) o
- Schots-Gaelisch: grian (gd) v
- Siciliaans: suli (scn)
- Singalees: ඉර (si)
- klassiek Syrisch: ܫܡܫܐ m
- Sloveens: sonce (sl)
- Slowaaks: slnko (sk) o
- Spaans: sol (es) m
- Swahili: jua (sw)
- Tadzjieks: офтоб (tg)
- Tagalog: araw (tl)
- Tamil: சூரியன் (ta)
- Tataars: кояш (tt) (niet officieel: koyaş (tt))
- Telugu: సూర్యుడు (te)
- Thai: ดวงอาทิตย์ (th), พระอาทิตย์ (th)
- Tibetaans: ཉི་མ། (bo)
- Turkmeens: gün (tk), гүн (tk)
- Turks: güneş (tr)
- Twi: ɛwia (tw)
- Oedmoerts: шунды
- Urdu: سوریہ (ur) m, سورج (ur) m, خورشید (ur) m, روی (ur) m
- Vietnamees: mặt trời (vi), dương (vi)
- Volapük: sol (vo)
- Welsh: haul (cy) m, huan (cy) m
- Wit-Russisch: сонца (be)
- Zweeds: sol (sv)
|
zon
- enkelvoud verleden tijd van zinnen
- Ik zon.
- Jij zon.
- Hij, zij, het zon.
zon
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zonnen
- gebiedende wijs van zonnen
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zonnen
zon
- onpersoonlijke verleden tijd van zinnen
100 % |
van de Nederlanders;
|
99 % |
van de Vlamingen.[6]
|
- ↑ "zon" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ zon op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Tim Voors
“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑
Lemaitre, Pierre
Tot ziens daarboven 2014 ISBN 9789401601931 pagina 12
- ↑
Sandes, David
De wondermethode 2006 ISBN 9044509543 pagina 12
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be