malus

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord malus. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord malus, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je malus in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord malus is hier. De definitie van het woord malus zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanmalus, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Malus


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ma·lus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord malus malussen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de malusm

  1. (financieel) verhoging van een verzekeringspremie volgens een bepaalde maatstaf als een verzekerde een uitkering heeft geclaimd of door ander gedrag een hoger risico lijkt te vormen
    • Daarbij is het tarief afhankelijk van het aantal schadevrije jaren van de verzekerde. Hoe meer dat er worden, des te lager de premie (bonus), die bij schade weer oploopt (malus). 
  2. volgens een bepaalde maatstaf verhoogde betaling of verlaagde uitkering voor een bepaalde periode als afgesproken resultaten onvoldoende zijn bereikt
    • Bedrijven hadden alleen last van de malus als ze hun eigen plannen niet haalden, of niks indienden. 
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

67 % van de Nederlanders;
73 % van de Vlamingen.

Verwijzingen


Latijn

Bijvoeglijk naamwoord

malus

  1. slecht, ongunstig, nadelig
  2. gemeen, laag
  3. oneerlijk, onbetrouwbaar
  4. (politiek) kwaadgezind
  5. (poëtisch) ondeugend
  6. onbekwaam
  7. gebrekkig
  8. ongeschikt
  9. onbetekenend
  10. lelijk (van uiterlijk)
  11. schadelijk
  12. (poëtisch) lastig, drukkend'
Uitdrukkingen en gezegden
  • in peiorem partem mutari
    • een ongunstige wending nemen
  • in peius ruere
    • vergeten
Verbuiging

Zelfstandig naamwoord

mālus v

  1. appelboom, vruchtboom
Uitdrukkingen en gezegden
Verwante begrippen

Zelfstandig naamwoord

mālus m

  1. paal, balk (in een toren of wijnpers)
  2. mast (van een schip)
Verbuiging


Slowaaks

Zelfstandig naamwoord

malus m

  1. (financieel) malus; verhoging van een verzekeringspremie volgens een bepaalde maatstaf als een verzekerde een uitkering heeft geclaimd of door ander gedrag een hoger risico lijkt te vormen
Antoniemen

Meer informatie


Tsjechisch

Uitspraak
Woordafbreking
  • ma·lus
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn

Zelfstandig naamwoord

malus monbezield

  1. (financieel) malus; verhoging van een verzekeringspremie volgens een bepaalde maatstaf als een verzekerde een uitkering heeft geclaimd of door ander gedrag een hoger risico lijkt te vormen
    «Po poslední autonehodě jsem ztratil bonus a pojišťovna mi oznámila, že budu platit malus
    Na mijn laatste auto-ongeluk heb ik mijn bonus verloren en heeft de verzekering mij meegedeeld dat ik een malus moet gaan betalen.
Verbuiging
Antoniemen

Meer informatie

Verwijzingen