Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
pink. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
pink, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
pink in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
pink is hier. De definitie van het woord
pink zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
pink, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- herkomst onzeker, in de betekenis van ‘vaartuig’ voor het eerst aangetroffen in 1477 [1] [2] [3] [4] [5]
de pink m
- (anatomie) de vijfde, kleinste en buitenste vinger
- (veeteelt) éénjarig kalf dat nog alle melktanden heeft
- (scheepvaart) type vissersvaartuig
- kort moment, ogenblik, oogwenk
- Als je hem één pink geeft, dan neemt hij de hele hand.
Hij misbruikt kleine gunsten om veel meer te willen/eisen dan toegestaan.
- Daar zou ik mijn pink wel voor willen geven/missen
Dat zou ik erg graag willen hebben
- Iemand om zijn pink winden
Iemand volledig inpalmen, voor zich winnen
(Precieze etymologie onbekend)
Erg pienter, bijdehand zijn
[6]
1. de vijfde, kleinste en buitenste vinger
2. een éénjarig kalf dat nog alle melktanden heeft
3. een type vissersvaartuig
pink
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pinken
- gebiedende wijs van pinken
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pinken
99 % |
van de Nederlanders;
|
97 % |
van de Vlamingen.[7]
|
pink
- (kleur) roze
pink g
- (anatomie) pink zn , kleinste vinger
- (kleding) deel van een handschoen waar de pink in past
- (visserij) paling van middelmatige omvang
- (voeding) klein langwerpig gebakje
- (spel) tipelhoutsje, klein stukje hout dat bij het tiepelen wordt weggeslagen
pink m
- (veeteelt) pink
|
enkelvoud
|
meervoud
|
geheel
|
gemuteerd
|
verkleind
|
gemuteerd verkleind
|
geheel
|
gemuteerd
|
verkleind
|
gemuteerd verkleind
|
nominatief
|
pink |
bink |
pinkske |
binkske |
pinker |
binker |
pinkskes |
binkskes
|
genitief
|
pinks |
binks |
pinkskes |
binkskes |
pinker |
binker |
pinkskes |
binkskes
|
locatief
|
pinkes |
binkes |
pinkeske |
binkeske |
pinkese |
binkese |
pinkeskes |
binkeskes
|
datief
|
pinke |
binke |
pinkske |
binkske |
pinker |
binker |
pinkskes |
binkskes
|
accusatief
|
pink |
bink |
pinkske |
binkske |
pinker |
binker |
pinkskes |
binkskes
|