saus

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord saus. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord saus, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je saus in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord saus is hier. De definitie van het woord saus zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vansaus, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • saus
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘soort jus’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord saus sausen
sauzen
verkleinwoord sausje sausjes

de sausv / m

  1. (voeding) een vloeibare substantie die meestal over een gerecht wordt gedaan of ernaast wordt gegeten voor extra smaak
    • Hij houdt erg van sauzen, vooral van knoflooksaus. 
  2. een kleurstof
    • Aan deze saus zijn geen extra sauzen toegevoegd. 
  3. (figuurlijk) extra toevoeging, bijkomende (en meestal overbodige en/of ongewenste) nuance
    • Een mix van kapitalisme en socialisme, overdekt met een dikke nationalistische saus. 
vervoeging van
sauzen

saus

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sauzen
    • Ik saus. 
  2. gebiedende wijs van sauzen
    • Saus! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sauzen
    • Saus je? 
vervoeging van
sausen

saus

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sausen
    • Ik saus. 
  2. gebiedende wijs van sausen
    • Saus! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sausen
    • Saus je? 
100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]


  • Ontleend aan het Nederlandse saus.

saus

  1. (voeding) saus