wiet
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord wiet. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord wiet, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je wiet in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord wiet is hier. De definitie van het woord wiet zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanwiet, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
1. Een joint wordt gedraaid door wiet in een vloeitje te rollen.
 Niet te verwarren met: wied
|
- wiet
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | wiet | - |
| verkleinwoord | - | - |
de wiet m
- (plantkunde) softdrug die bestaat uit gedroogde hennep, Cannabis sativa
- Je moet echt stoppen met het roken van wiet!
- ▸ Gelukkig werd er alleen wiet gevonden, dat wel geconfisqueerd werd maar waar verder geen straffen voor werden uitgedeeld.[2]
- hasj, marihuana, coffeeshop, joint, pijp, waterpijp, Skunk, cannabis, hennep, softdrugs, gedoogbeleid, plantage, stoned, high
1. een softdrug die bestaat uit gedroogde hennep
- Het woord wiet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wiet" herkend door:
| 99 % | van de Nederlanders; |
| 97 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ wiet op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- IPA: /(x)wi(ː)t/ (Etsbergs)
wiet
wiet o
| enkelvoud | meervoud | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| geheel | gemuteerd | verkleind | gemuteerd verkleind | geheel | gemuteerd | verkleind | gemuteerd verkleind | |
| nominatief | wiet | - | - | - | wieter | - | - | - |
| genitief | wiets | - | - | - | wieter | - | - | - |
| locatief | wietes | - | - | - | wietese | - | - | - |
| datief | wiete | - | - | - | wieter | - | - | - |
| accusatief | wiet | - | - | - | wieter | - | - | - |