wichelen/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van wichelen
onbepaalde wijs			kort			lang
onvoltooid	tegenwoordig		wichelen			te wichelen
onvoltooid	toekomend		zullen wichelen			te zullen wichelen
voltooid	tegenwoordig		hebben gewicheld			te hebben gewicheld
voltooid	toekomend		gewicheld zullen hebben			gewicheld te zullen hebben
	onvoltooid deelwoord		voltooid deelwoord			gebiedende wijs		aanvoegende wijs
	wichelend		gewicheld			ev. wichel	mv. verouderd wichelt	wichele
aantonende wijs	enkelvoud					meervoud
onvoltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij, ge	hij, zij, het	wij, we	jullie	zij, ze
tegenwoordig (o.t.t.)	wichel	wichelt	wichelt	wichelt	wichelt	wichelen	wichelen	wichelen
verleden (o.v.t.)	wichelde	wichelde	wichelde	wichelde	wichelde	wichelden	wichelden	wichelden
toekomend (o.t.t.t.)	zal wichelen	zult/zal wichelen	zult/zal wichelen	zult wichelen	zal wichelen	zullen wichelen	zullen wichelen	zullen wichelen
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou wichelen	zou wichelen	zou(dt) wichelen	zoudt wichelen	zou wichelen	zouden wichelen	zouden wichelen	zouden wichelen
voltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (v.t.t.)	heb gewicheld	hebt gewicheld	hebt/heeft gewicheld	hebt gewicheld	heeft gewicheld	hebben gewicheld	hebben gewicheld	hebben gewicheld
verleden (v.v.t.)	had gewicheld	had gewicheld	had gewicheld	hadt gewicheld	had gewicheld	hadden gewicheld	hadden gewicheld	hadden gewicheld
toekomend (v.t.t.t.)	zal gewicheld hebben	zal/zult gewicheld hebben	zult/zal gewicheld hebben	zult gewicheld hebben	zal gewicheld hebben	zullen gewicheld hebben	zullen gewicheld hebben	zullen gewicheld hebben
voorwaardelijk (v.v.t.t.)	zou gewicheld hebben	zou gewicheld hebben	zou/zoudt gewicheld hebben	zoudt gewicheld hebben	zou gewicheld hebben	zouden gewicheld hebben	zouden gewicheld hebben	zouden gewicheld hebben

wichelen/vervoeging

Enciclo

Wikious

Sapientia

Scientia

Boobota

Anandapedia

Sagapedia

Wikithot