woon

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord woon. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord woon, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je woon in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord woon is hier. De definitie van het woord woon zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanwoon, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • woon
enkelvoud meervoud
naamwoord woon -
verkleinwoord - -

de woonv / m

  1. woonplaats
vervoeging van
wonen

woon

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wonen
    • Ik woon. 
  2. gebiedende wijs van wonen
    • Woon! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wonen
    • Woon je? 
100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]