vervoeging van de bedrijvende vorm van acen | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | acen | te acen | ||||||||
toekomend | zullen acen | te zullen acen | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben geacet | te hebben geacet | ||||||||
toekomend | geacet zullen hebben | geacet te zullen hebben | |||||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||||
acend | geacet | ev. ace |
mv. verouderd acet |
ace | |||||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | ace | acet | acet | acet | acet | acen | acen | acen | |||
verleden (o.v.t.) | acete | acete | acete | acete | acete | aceten | aceten | aceten | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal acen | zult/zal acen | zult/zal acen | zult acen | zal acen | zullen acen | zullen acen | zullen acen | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou acen | zou acen | zou(dt) acen | zoudt acen | zou acen | zouden acen | zouden acen | zouden acen | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb geacet | hebt geacet | hebt/heeft geacet | hebt geacet | heeft geacet | hebben geacet | hebben geacet | hebben geacet | |||
verleden (v.v.t.) | had geacet | had geacet | had geacet | hadt geacet | had geacet | hadden geacet | hadden geacet | hadden geacet | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal geacet hebben | zal/zult geacet hebben | zult/zal geacet hebben | zult geacet hebben | zal geacet hebben | zullen geacet hebben | zullen geacet hebben | zullen geacet hebben | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou geacet hebben | zou geacet hebben | zou/zoudt geacet hebben | zoudt geacet hebben | zou geacet hebben | zouden geacet hebben | zouden geacet hebben | zouden geacet hebben | |||
onpersoonlijke lijdende vorm geacet worden | |||||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||||
tegenwoordig | er wordt geacet | er is geacet | |||||||||
verleden | er werd geacet | er was geacet | |||||||||
toekomend | er zal geacet worden | er zal geacet zijn | |||||||||
voorwaardelijk | er zou geacet worden | er zou geacet zijn | |||||||||
lijdende vorm geacet worden | |||||||||||
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | geacet worden | geacet te worden | ||||||||
toekomend | geacet zullen worden | geacet te zullen worden | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | geacet zijn | geacet te zijn | ||||||||
toekomend | geacet zullen zijn | geacet te zullen zijn | |||||||||
enkelvoud | meervoud | ||||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | word geacet | wordt geacet | wordt geacet | wordt geacet | wordt geacet | worden geacet | worden geacet | worden geacet | |||
verleden (o.v.t.) | werd geacet | werd geacet | werd geacet | werdt geacet | werd geacet | werden geacet | werden geacet | werden geacet | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal geacet worden | zult geacet worden | zult geacet worden | zult geacet worden | zal geacet worden | zullen geacet worden | zullen geacet worden | zullen geacet worden | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou geacet worden | zou geacet worden | zou/zoudt geacet worden | zoudt geacet worden | zou geacet worden | zouden geacet worden | zouden geacet worden | zouden geacet worden | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | ben geacet | bent geacet | bent/is geacet | zijt geacet | is geacet | zijn geacet | zijn geacet | zijn geacet | |||
verleden (v.v.t.) | was geacet | was geacet | was geacet | waart geacet | was geacet | waren geacet | waren geacet | waren geacet | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal geacet zijn | zult geacet zijn | zult geacet zijn | zult geacet zijn | zal geacet zijn | zullen geacet zijn | zullen geacet zijn | zullen geacet zijn | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou geacet zijn | zou geacet zijn | zou/zoudt geacet zijn | zoudt geacet zijn | zou geacet zijn | zouden geacet zijn | zouden geacet zijn | zouden geacet zijn |