vervoeging van de bedrijvende vorm van deblokkeren | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | deblokkeren | te deblokkeren | ||||||||
toekomend | zullen deblokkeren | te zullen deblokkeren | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben gedeblokkeerd | te hebben gedeblokkeerd | ||||||||
toekomend | gedeblokkeerd zullen hebben | gedeblokkeerd te zullen hebben | |||||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||||
deblokkerend | gedeblokkeerd | ev. deblokkeer |
mv. verouderd deblokkeert |
deblokkere | |||||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | deblokkeer | deblokkeert | deblokkeert | deblokkeert | deblokkeert | deblokkeren | deblokkeren | deblokkeren | |||
verleden (o.v.t.) | deblokkeerde | deblokkeerde | deblokkeerde | deblokkeerde | deblokkeerde | deblokkeerden | deblokkeerden | deblokkeerden | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal deblokkeren | zult/zal deblokkeren | zult/zal deblokkeren | zult deblokkeren | zal deblokkeren | zullen deblokkeren | zullen deblokkeren | zullen deblokkeren | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou deblokkeren | zou deblokkeren | zou(dt) deblokkeren | zoudt deblokkeren | zou deblokkeren | zouden deblokkeren | zouden deblokkeren | zouden deblokkeren | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb gedeblokkeerd | hebt gedeblokkeerd | hebt/heeft gedeblokkeerd | hebt gedeblokkeerd | heeft gedeblokkeerd | hebben gedeblokkeerd | hebben gedeblokkeerd | hebben gedeblokkeerd | |||
verleden (v.v.t.) | had gedeblokkeerd | had gedeblokkeerd | had gedeblokkeerd | hadt gedeblokkeerd | had gedeblokkeerd | hadden gedeblokkeerd | hadden gedeblokkeerd | hadden gedeblokkeerd | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal gedeblokkeerd hebben | zal/zult gedeblokkeerd hebben | zult/zal gedeblokkeerd hebben | zult gedeblokkeerd hebben | zal gedeblokkeerd hebben | zullen gedeblokkeerd hebben | zullen gedeblokkeerd hebben | zullen gedeblokkeerd hebben | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou gedeblokkeerd hebben | zou gedeblokkeerd hebben | zou/zoudt gedeblokkeerd hebben | zoudt gedeblokkeerd hebben | zou gedeblokkeerd hebben | zouden gedeblokkeerd hebben | zouden gedeblokkeerd hebben | zouden gedeblokkeerd hebben | |||
onpersoonlijke lijdende vorm gedeblokkeerd worden | |||||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||||
tegenwoordig | er wordt gedeblokkeerd | er is gedeblokkeerd | |||||||||
verleden | er werd gedeblokkeerd | er was gedeblokkeerd | |||||||||
toekomend | er zal gedeblokkeerd worden | er zal gedeblokkeerd zijn | |||||||||
voorwaardelijk | er zou gedeblokkeerd worden | er zou gedeblokkeerd zijn | |||||||||
lijdende vorm gedeblokkeerd worden | |||||||||||
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | gedeblokkeerd worden | gedeblokkeerd te worden | ||||||||
toekomend | gedeblokkeerd zullen worden | gedeblokkeerd te zullen worden | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | gedeblokkeerd zijn | gedeblokkeerd te zijn | ||||||||
toekomend | gedeblokkeerd zullen zijn | gedeblokkeerd te zullen zijn | |||||||||
enkelvoud | meervoud | ||||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | word gedeblokkeerd | wordt gedeblokkeerd | wordt gedeblokkeerd | wordt gedeblokkeerd | wordt gedeblokkeerd | worden gedeblokkeerd | worden gedeblokkeerd | worden gedeblokkeerd | |||
verleden (o.v.t.) | werd gedeblokkeerd | werd gedeblokkeerd | werd gedeblokkeerd | werdt gedeblokkeerd | werd gedeblokkeerd | werden gedeblokkeerd | werden gedeblokkeerd | werden gedeblokkeerd | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal gedeblokkeerd worden | zult gedeblokkeerd worden | zult gedeblokkeerd worden | zult gedeblokkeerd worden | zal gedeblokkeerd worden | zullen gedeblokkeerd worden | zullen gedeblokkeerd worden | zullen gedeblokkeerd worden | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou gedeblokkeerd worden | zou gedeblokkeerd worden | zou/zoudt gedeblokkeerd worden | zoudt gedeblokkeerd worden | zou gedeblokkeerd worden | zouden gedeblokkeerd worden | zouden gedeblokkeerd worden | zouden gedeblokkeerd worden | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | ben gedeblokkeerd | bent gedeblokkeerd | bent/is gedeblokkeerd | zijt gedeblokkeerd | is gedeblokkeerd | zijn gedeblokkeerd | zijn gedeblokkeerd | zijn gedeblokkeerd | |||
verleden (v.v.t.) | was gedeblokkeerd | was gedeblokkeerd | was gedeblokkeerd | waart gedeblokkeerd | was gedeblokkeerd | waren gedeblokkeerd | waren gedeblokkeerd | waren gedeblokkeerd | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal gedeblokkeerd zijn | zult gedeblokkeerd zijn | zult gedeblokkeerd zijn | zult gedeblokkeerd zijn | zal gedeblokkeerd zijn | zullen gedeblokkeerd zijn | zullen gedeblokkeerd zijn | zullen gedeblokkeerd zijn | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou gedeblokkeerd zijn | zou gedeblokkeerd zijn | zou/zoudt gedeblokkeerd zijn | zoudt gedeblokkeerd zijn | zou gedeblokkeerd zijn | zouden gedeblokkeerd zijn | zouden gedeblokkeerd zijn | zouden gedeblokkeerd zijn |