vervoeging van de bedrijvende vorm van leeggieten | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | leeggieten | leeg te gieten | ||||||||
toekomend | zullen leeggieten leeg zullen gieten |
te zullen leeggieten leeg te zullen gieten | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben leeggegoten | te hebben leeggegoten | ||||||||
toekomend | leeggegoten zullen hebben | leeggegoten te zullen hebben | |||||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||||
leeggietend | leeggegoten | ev. giet leeg |
mv. verouderd giet leeg |
giete leeg (bijzin) leeggiete | |||||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
hoofdzin | ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | |||
tegenwoordig (o.t.t.) | giet leeg | giet leeg | giet leeg | giet leeg | giet leeg | gieten leeg | gieten leeg | gieten leeg | |||
verleden (o.v.t.) | goot leeg | goot leeg | goot leeg | goot leeg | goot leeg | goten leeg | goten leeg | goten leeg | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal leeggieten | zult/zal leeggieten | zult/zal leeggieten | zult leeggieten | zal leeggieten | zullen leeggieten | zullen leeggieten | zullen leeggieten | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou leeggieten | zou leeggieten | zou(dt) leeggieten | zoudt leeggieten | zou leeggieten | zouden leeggieten | zouden leeggieten | zouden leeggieten | |||
bijzin | .. dat ik | .. dat jij, je | .. dat u | .. dat gij | .. dat hij, zij, het | .. dat wij | .. dat jullie | .. dat zij | |||
tegenwoordig (o.t.t.) | leeggiet | leeggiet | leeggiet | leeggiet | leeggiet | leeggieten | leeggieten | leeggieten | |||
verleden (o.v.t.) | leeggoot | leeggoot | leeggoot | leeggoot | leeggoot | leeggoten | leeggoten | leeggoten | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal leeggieten leeg zal gieten |
zult/zal leeggieten leeg zult/zal gieten |
zult/zal leeggieten leeg zult/zal gieten |
zult leeggieten leeg zult gieten |
zal leeggieten leeg zal gieten |
zullen leeggieten leeg zullen gieten |
zullen leeggieten leeg zullen gieten |
zullen leeggieten leeg zullen gieten | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou leeggieten leeg zou gieten |
zou leeggieten leeg zou gieten |
zou(dt) leeggieten leeg zou(dt) gieten |
zoudt leeggieten leeg zoudt gieten |
zou leeggieten leeg zou gieten |
zouden leeggieten leeg zouden gieten |
zouden leeggieten leeg zouden gieten |
zouden leeggieten leeg zouden gieten | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb leeggegoten | hebt leeggegoten | hebt/heeft leeggegoten | hebt leeggegoten | heeft leeggegoten | hebben leeggegoten | hebben leeggegoten | hebben leeggegoten | |||
verleden (v.v.t.) | had leeggegoten | had leeggegoten | had leeggegoten | hadt leeggegoten | had leeggegoten | hadden leeggegoten | hadden leeggegoten | hadden leeggegoten | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal leeggegoten hebben | zal/zult leeggegoten hebben | zult/zal leeggegoten hebben | zult leeggegoten hebben | zal leeggegoten hebben | zullen leeggegoten hebben | zullen leeggegoten hebben | zullen leeggegoten hebben | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou leeggegoten hebben | zou leeggegoten hebben | zou/zoudt leeggegoten hebben | zoudt leeggegoten hebben | zou leeggegoten hebben | zouden leeggegoten hebben | zouden leeggegoten hebben | zouden leeggegoten hebben | |||
onpersoonlijke lijdende vorm leeggegoten worden | |||||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||||
tegenwoordig | er wordt leeggegoten | er is leeggegoten | |||||||||
verleden | er werd leeggegoten | er was leeggegoten | |||||||||
toekomend | er zal leeggegoten worden | er zal leeggegoten zijn | |||||||||
voorwaardelijk | er zou leeggegoten worden | er zou leeggegoten zijn | |||||||||
lijdende vorm leeggegoten worden | |||||||||||
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | leeggegoten worden | leeggegoten te worden | ||||||||
toekomend | leeggegoten zullen worden | leeggegoten te zullen worden | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | leeggegoten zijn | leeggegoten te zijn | ||||||||
toekomend | leeggegoten zullen zijn | leeggegoten te zullen zijn | |||||||||
enkelvoud | meervoud | ||||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | word leeggegoten | wordt leeggegoten | wordt leeggegoten | wordt leeggegoten | wordt leeggegoten | worden leeggegoten | worden leeggegoten | worden leeggegoten | |||
verleden (o.v.t.) | werd leeggegoten | werd leeggegoten | werd leeggegoten | werdt leeggegoten | werd leeggegoten | werden leeggegoten | werden leeggegoten | werden leeggegoten | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal leeggegoten worden | zult leeggegoten worden | zult leeggegoten worden | zult leeggegoten worden | zal leeggegoten worden | zullen leeggegoten worden | zullen leeggegoten worden | zullen leeggegoten worden | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou leeggegoten worden | zou leeggegoten worden | zou/zoudt leeggegoten worden | zoudt leeggegoten worden | zou leeggegoten worden | zouden leeggegoten worden | zouden leeggegoten worden | zouden leeggegoten worden | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | ben leeggegoten | bent leeggegoten | bent/is leeggegoten | zijt leeggegoten | is leeggegoten | zijn leeggegoten | zijn leeggegoten | zijn leeggegoten | |||
verleden (v.v.t.) | was leeggegoten | was leeggegoten | was leeggegoten | waart leeggegoten | was leeggegoten | waren leeggegoten | waren leeggegoten | waren leeggegoten | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal leeggegoten zijn | zult leeggegoten zijn | zult leeggegoten zijn | zult leeggegoten zijn | zal leeggegoten zijn | zullen leeggegoten zijn | zullen leeggegoten zijn | zullen leeggegoten zijn | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou leeggegoten zijn | zou leeggegoten zijn | zou/zoudt leeggegoten zijn | zoudt leeggegoten zijn | zou leeggegoten zijn | zouden leeggegoten zijn | zouden leeggegoten zijn | zouden leeggegoten zijn |