vervoeging van de bedrijvende vorm van maximaliseren | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | maximaliseren | te maximaliseren | ||||||||
toekomend | zullen maximaliseren | te zullen maximaliseren | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben gemaximaliseerd | te hebben gemaximaliseerd | ||||||||
toekomend | gemaximaliseerd zullen hebben | gemaximaliseerd te zullen hebben | |||||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||||
maximaliserend | gemaximaliseerd | ev. maximaliseer |
mv. verouderd maximaliseert |
maximalisere | |||||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | maximaliseer | maximaliseert | maximaliseert | maximaliseert | maximaliseert | maximaliseren | maximaliseren | maximaliseren | |||
verleden (o.v.t.) | maximaliseerde | maximaliseerde | maximaliseerde | maximaliseerde | maximaliseerde | maximaliseerden | maximaliseerden | maximaliseerden | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal maximaliseren | zult/zal maximaliseren | zult/zal maximaliseren | zult maximaliseren | zal maximaliseren | zullen maximaliseren | zullen maximaliseren | zullen maximaliseren | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou maximaliseren | zou maximaliseren | zou(dt) maximaliseren | zoudt maximaliseren | zou maximaliseren | zouden maximaliseren | zouden maximaliseren | zouden maximaliseren | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb gemaximaliseerd | hebt gemaximaliseerd | hebt/heeft gemaximaliseerd | hebt gemaximaliseerd | heeft gemaximaliseerd | hebben gemaximaliseerd | hebben gemaximaliseerd | hebben gemaximaliseerd | |||
verleden (v.v.t.) | had gemaximaliseerd | had gemaximaliseerd | had gemaximaliseerd | hadt gemaximaliseerd | had gemaximaliseerd | hadden gemaximaliseerd | hadden gemaximaliseerd | hadden gemaximaliseerd | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal gemaximaliseerd hebben | zal/zult gemaximaliseerd hebben | zult/zal gemaximaliseerd hebben | zult gemaximaliseerd hebben | zal gemaximaliseerd hebben | zullen gemaximaliseerd hebben | zullen gemaximaliseerd hebben | zullen gemaximaliseerd hebben | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou gemaximaliseerd hebben | zou gemaximaliseerd hebben | zou/zoudt gemaximaliseerd hebben | zoudt gemaximaliseerd hebben | zou gemaximaliseerd hebben | zouden gemaximaliseerd hebben | zouden gemaximaliseerd hebben | zouden gemaximaliseerd hebben | |||
onpersoonlijke lijdende vorm gemaximaliseerd worden | |||||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||||
tegenwoordig | er wordt gemaximaliseerd | er is gemaximaliseerd | |||||||||
verleden | er werd gemaximaliseerd | er was gemaximaliseerd | |||||||||
toekomend | er zal gemaximaliseerd worden | er zal gemaximaliseerd zijn | |||||||||
voorwaardelijk | er zou gemaximaliseerd worden | er zou gemaximaliseerd zijn | |||||||||
lijdende vorm gemaximaliseerd worden | |||||||||||
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | gemaximaliseerd worden | gemaximaliseerd te worden | ||||||||
toekomend | gemaximaliseerd zullen worden | gemaximaliseerd te zullen worden | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | gemaximaliseerd zijn | gemaximaliseerd te zijn | ||||||||
toekomend | gemaximaliseerd zullen zijn | gemaximaliseerd te zullen zijn | |||||||||
enkelvoud | meervoud | ||||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | word gemaximaliseerd | wordt gemaximaliseerd | wordt gemaximaliseerd | wordt gemaximaliseerd | wordt gemaximaliseerd | worden gemaximaliseerd | worden gemaximaliseerd | worden gemaximaliseerd | |||
verleden (o.v.t.) | werd gemaximaliseerd | werd gemaximaliseerd | werd gemaximaliseerd | werdt gemaximaliseerd | werd gemaximaliseerd | werden gemaximaliseerd | werden gemaximaliseerd | werden gemaximaliseerd | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal gemaximaliseerd worden | zult gemaximaliseerd worden | zult gemaximaliseerd worden | zult gemaximaliseerd worden | zal gemaximaliseerd worden | zullen gemaximaliseerd worden | zullen gemaximaliseerd worden | zullen gemaximaliseerd worden | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou gemaximaliseerd worden | zou gemaximaliseerd worden | zou/zoudt gemaximaliseerd worden | zoudt gemaximaliseerd worden | zou gemaximaliseerd worden | zouden gemaximaliseerd worden | zouden gemaximaliseerd worden | zouden gemaximaliseerd worden | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | ben gemaximaliseerd | bent gemaximaliseerd | bent/is gemaximaliseerd | zijt gemaximaliseerd | is gemaximaliseerd | zijn gemaximaliseerd | zijn gemaximaliseerd | zijn gemaximaliseerd | |||
verleden (v.v.t.) | was gemaximaliseerd | was gemaximaliseerd | was gemaximaliseerd | waart gemaximaliseerd | was gemaximaliseerd | waren gemaximaliseerd | waren gemaximaliseerd | waren gemaximaliseerd | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal gemaximaliseerd zijn | zult gemaximaliseerd zijn | zult gemaximaliseerd zijn | zult gemaximaliseerd zijn | zal gemaximaliseerd zijn | zullen gemaximaliseerd zijn | zullen gemaximaliseerd zijn | zullen gemaximaliseerd zijn | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou gemaximaliseerd zijn | zou gemaximaliseerd zijn | zou/zoudt gemaximaliseerd zijn | zoudt gemaximaliseerd zijn | zou gemaximaliseerd zijn | zouden gemaximaliseerd zijn | zouden gemaximaliseerd zijn | zouden gemaximaliseerd zijn |