scrubben/vervoeging

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord scrubben/vervoeging. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord scrubben/vervoeging, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je scrubben/vervoeging in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord scrubben/vervoeging is hier. De definitie van het woord scrubben/vervoeging zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanscrubben/vervoeging, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
vervoeging van de bedrijvende vorm van scrubben
onbepaalde wijs kort lang
onvoltooid tegenwoordig scrubben te scrubben
toekomend zullen scrubben te zullen scrubben
voltooid tegenwoordig hebben gescrubd te hebben gescrubd
toekomend gescrubd zullen hebben gescrubd te zullen hebben
onvoltooid deelwoord voltooid deelwoord gebiedende wijs aanvoegende wijs
scrubbend gescrubd ev.
scrub		 mv. verouderd
scrubt		 scrubbe
aantonende wijs enkelvoud meervoud
onvoltooid eerste tweede derde eerste tweede derde
ik jij, je u gij, ge hij, zij, het wij, we jullie zij, ze
tegenwoordig (o.t.t.) scrub scrubt scrubt scrubt scrubt scrubben scrubben scrubben
verleden (o.v.t.) scrubde scrubde scrubde scrubde scrubde scrubden scrubden scrubden
toekomend (o.t.t.t.) zal scrubben zult/zal scrubben zult/zal scrubben zult scrubben zal scrubben zullen scrubben zullen scrubben zullen scrubben
voorwaardelijk (o.v.t.t.) zou scrubben zou scrubben zou(dt) scrubben zoudt scrubben zou scrubben zouden scrubben zouden scrubben zouden scrubben
voltooid eerste tweede derde eerste tweede derde
ik jij, je u gij hij, zij, het wij jullie zij
tegenwoordig (v.t.t.) heb gescrubd hebt gescrubd hebt/heeft gescrubd hebt gescrubd heeft gescrubd hebben gescrubd hebben gescrubd hebben gescrubd
verleden (v.v.t.) had gescrubd had gescrubd had gescrubd hadt gescrubd had gescrubd hadden gescrubd hadden gescrubd hadden gescrubd
toekomend (v.t.t.t.) zal gescrubd hebben zal/zult gescrubd hebben zult/zal gescrubd hebben zult gescrubd hebben zal gescrubd hebben zullen gescrubd hebben zullen gescrubd hebben zullen gescrubd hebben
voorwaardelijk (v.v.t.t.) zou gescrubd hebben zou gescrubd hebben zou/zoudt gescrubd hebben zoudt gescrubd hebben zou gescrubd hebben zouden gescrubd hebben zouden gescrubd hebben zouden gescrubd hebben
onpersoonlijke lijdende vorm gescrubd worden
onvoltooid voltooid
tegenwoordig er wordt gescrubd er is gescrubd
verleden er werd gescrubd er was gescrubd
toekomend er zal gescrubd worden er zal gescrubd zijn
voorwaardelijk er zou gescrubd worden er zou gescrubd zijn


Enciclo
Wikious
Sapientia
Scientia
Boobota
Anandapedia
Sagapedia
Wikithot