tweeënvijftig

0	0	5	2

tweeënvijftig,
op een abacus

• Geluid:  tweeënvijftig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈtwejənˌfɛiftəx / (4 lettergrepen)

• tweeën·vijf·tig, twee·en·vijf·tig

• samenstelling van  twee ht  en  vijftig ht  met het invoegsel -en- 

tweeënvijftig

1. "52", het getal tussen eenenvijftig en drieënvijftig, vijftig plus twee
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De totale kosten bedragen tweeënvijftig euro en zevenendertig cent. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • Het juiste antwoord op opgave tweeënvijftig is "42". 

• 52 (decimaal)
• 110100 (binair)
• 34 (hexadecimaal)
• LII (Romeins)

• tweeënvijftigen (oude verbogen vorm na sommige voorzetsels)

zelfstandig naamwoord samengesteld met "tweeënvijftig" ht

• tweeënvijftigjarige
• tweeënvijftigtal
• tweeënvijftigvoud

bijvoeglijk naamwoord samengesteld met "tweeënvijftig" ht

• tweeënvijftigjarig
• tweeënvijftigvoudig

bijwoord

• tweeënvijftigmaal

rangtelwoord

• tweeënvijftigste, tweeënvijftigsten

hooftelwoorden samengesteld met "tweeënvijftig" ht als linkerdeel

• tweeënvijftig en een half
• tweeënvijftigduizend
• tweeënvijftigenhalf
• tweeënvijftighonderd

de tweeënvijftig v / m

1. dat wat in een (rang)ordening met 52 is aangeduid

   • Het is weer de tweeënvijftig die het niet doet, kunnen we die niet simpel vervangen? 
   • Haar drieënvijftigste verjaardag was een belangrijk moment, want haar leven werd heel anders toen ze de tweeënvijftig eenmaal voorbij was. 

de tweeënvijftig mv

1. groep van 52 eenheden

   • De tweeënvijftig zijn natuurlijk blij, maar laten we ook denken aan het verdriet van de vier die zijn afgewezen. 

• Het woord tweeënvijftig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• Zie Wikipedia voor meer informatie.