dei

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord dei. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord dei, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je dei in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord dei is hier. De definitie van het woord dei zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vandei, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Dei


dei g

  1. dag (periode van 24 uur), etmaal
  2. dag (periode dat de zon boven de horizon is)


  • IPA:
    • (lidwoord) /dei̯/
    • (zelfst. naamw.) /dɛi̯/
  • dei

déi m mv

  1. van de
  • Dit is een samentrekking van di en i.

dèi m mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord dio
  • Als bepaald lidwoord wordt gli gebruikt!
«Gli dei sono scontenti.»
De goden zijn misnoegd.
  • Om het zelfstandig naamwoord te onderscheid van het lidwoord, zet men er vaak een accent op: dèi.
«Gli dèi dei Germani.»
De goden van de Germanen.


dĕi

  1. genitief onzijdig enkelvoud van dĕus


dei

  1. (derde persoon meervoud, nominatief) zij
  2. (derde persoon meervoud, accusatief) hen
getal / respect pers. genus onderwerp (nominatief) nld. voorwerp (accusatief) nld.
enkelvoud 1e    eg  ik  meg  mij
2e    du  jij  deg  jou
3e m  han  hij  han  ( honom ) hem
v  ho  zij  ho  /  henne  haar
o  det  het  det  het
meervoud 1e    vi  wij  oss  ons
2e    de  jullie  dykk  jullie
3e    dei  zij  dei  hen
beleefdheidsvorm 2e    De  u  Dykk  u